BLIJF KALM!

Wat er de komende dagen en weken ook gaat gebeuren: Blijf kalm!

Slechts kalmte kan ons namelijk redden nu het er op lijkt (……) dat we aan de laatste loodjes bezig zijn. Die laatste loodjes wegen het zwaarst ja. Dat wist je al. Wat je echter niet weet is hoe jij, jouw omgeving en alles en iedereen daaromheen zal gaan reageren. Behalve de media dan. Zowel de gevestigde media als iedereen die van alles deelt op social media zal zich juist gaan profileren door alles wat riekt naar sensatie, fout, onrecht en wat al niet meer uit te gaan vergroten. Geen olie op de golven maar olie op het vuur.

Ik heb zo veel interessants te vertellen. Ik kreeg zo veel verschillende reacties op mijn artikel van vorige week. De lente komt er bovendien aan. We willen er uit. Naar buiten. Samenzijn. Ongedwongen zonder nadenken iets leuks doen. Waarschijnlijk bovenal m’n nichtje die gisteren 18 werd maar helaas besmet is met corona. Prettige verjaardag. Pffff. Maar ik vertel het niet. Schrijf er niet over.

Ik vertel niet verder over Dé Herman. Ga ik niet in op nieuwe inzichten over de Verlichting. Praat niet over een nieuwe tijd of terug naar de oude tijd. Zeg niets over de ellende of het nut van alleen zijn. Wil even niet horen over tegenmacht. Ook niet over moties van afkeuring. Ik laat ieder gemopper op me afkomen. Het mag als het helpt. Velen hebben genoeg ellende meegemaakt.

Het gaat nu even om rust. Zoals het ruim 200 jaar geleden ook om rust ging na de oorlogen met Napoleon. ‘Ruhe’, zoals Metternich toen zei. Het werkte. Hij had en heeft nog steeds gelijk. Ten gunste van iedereen. Even geen verschillen uitvergroten.

Je hebt het goed gelezen. Dit is geen Prikkel. Verre van. Dit is een oproep om kalm te blijven. Een tijd voor begrip en consideratie. En voor compassie. Vooral compassie. En om de komende tijd wat minder nieuws tot je nemen dunkt mij.


Rob Franse, 14 april 2021

DE Herman Tjeenk Willink, 79 jaar oud

Bewondering en respect. En niet zo’n beetje ook. Nadat er in de 2e kamer veel gezegd is wat helemaal niets hielp om bij elkaar te komen sprak de oude Herman, licht gebogen, rustig de woorden zoekend -met een twinkeling in de ogen die zijn rake reacties reeds voorspelden- de niet daadwerkelijk intelligente vragen stellende pers te woord.

Zijn antwoorden zijn zeer kort samen te vatten: Hij wees erop dat hij twee opdrachten heeft gekregen: hoe een nieuw kabinet gevormd kan worden en hoe er een andere bestuurscultuur gecreëerd kan worden. “Dit kan niet met een dichtgetimmerd regeerakkoord, dat blokkeert. Het hindert de tegenmacht en zet de oppositie buiten spel.” Hij wil zich nu nog niet bezighouden met de vraag welke partijen met elkaar willen regeren. “Dat is nog niet aan de orde.” Ook staan de beleidsonderwerpen niet voorop in deze fase van de gesprekken. “Het gaat eerst om het proces, om te kijken hoe het nu verder moet.”

En daarmee klaar! Je hoort bijna, op grote afstand, alle betrokkenen een zucht van verlichting slaan.

Waarom kan deze man dit? Waarom bewonder ik deze man en stel ik vertrouwen in hem? Net zozeer als dat ik graag luister naar Jan Terlouw, Alexander Rinnooy Kan en Herman Wijffels?

Allen hebben hun sporen ruimschoots verdiend. Allen zijn ‘bejaard’. Maar dan wel op net zo’n manier als een buitengewone wijn kan verouderen. De reactie is bij mij ook hetzelfde: Ik word er stil van.

In onze jeugdigheid -jawel, daar rekening ik mezelf in dit geval ook nog net toe- zijn we veel te veel geneigd onze ‘strijd’ te winnen op energie en daadkracht. Wie kent er niet die over enthousiaste jonge manager? Die grootbek die het even zal regelen?

Sinds een aantal jaren doe ik het, deels noodgedwongen, rustiger aan. Ik vind mezelf ook niet meer geschikt voor m’n oude taken, simpelweg omdat ik niet meer gedurende 60 uur per week de turbo energie heb van vroeger.

Anderzijds ben ik verstandiger geworden, rustiger, meer belezen, meer luisterend en zaken beter afwegend. Wie weet hoe dat over 10 jaar is. Ik zie het niet alleen bij mezelf maar ook bij een aantal leeftijdsgenoten. Althans, bij die leeftijdsgenoten die net als grote wijnen met een zekere rust omkleed zijn geweest gedurende een bepaalde tijd en daarvoor de hand van waarachtige meesters hebben meegemaakt.

Zou het misschien zo kunnen zijn dat we in de laatste decennia de eindverantwoordelijkheid voor vele zaken veel te veel bij al te jonge mensen hebben gelegd? Veertigers? Zonder dat deze mensen de juiste steun hadden of zochten van de juiste en echt ervaren mensen die de rust inmiddels hadden gevonden?

Het is voor mij een zeer interessante vraag. Kijken we tegenwoordig misschien veel te veel naar jeugdigheid, energie en daadkracht? Zien we, door onze snelheid en onrust, te weinig de toegevoegde waarde van een zekere rijpheid totdat we er zo’n puinhoop van hebben gemaakt dat we bij mensen terecht komen als de -in alle eerbied- oude Herman?

Leren we er van of bedanken we hem na een week en racen we door? Mij rest op dit moment slechts een glimlach…….


Rob Franse, 7 april 2021