Afwegingen zijn steeds vaker fout. En wel hierom.

Foute afwegingen. ‘En wel hierom’ zou Cor van der Laak zeggen. Om te vervolgen met ‘Omdat we het niet meer kunnen zien!’

Het begon zo’n beetje toen ik naar school ging, alweer bijna 60 jaar geleden. Voorin de klas stond een groot telraam. Zonder te tellen kon je in één oogopslag zien of er meer kralen zaten aan de linkerkant dan aan de rechterkant.

Al vrij snel daarna kwam de rekenmachine. Toen ook wel zakjapanner genoemd. En binnen de kortste keren werd er door menig onderwijzer geroepen dat je als leerkracht van verdraaid goed huize moest komen om leerlingen te overtuigen dat 1 + 1 twee was en geen drie wanneer de zakjapanner dat zei. Niet dat die rekenmachine fouten maakte hoor. Waarschijnlijk drukte een leerling gewoon een verkeerd knopje in. Of zat er nog iets in het geheugen van de machine. Maar daar werd weinig aandacht aan besteed.

Toen ik nog maar kort bij de bank werkte, ruim 40 jaar geleden, zag je dat steeds meer mensen in de problemen kwamen met het saldo op hun rekening. De oorzaak was heel simpel: De invoering van betaalcheques en eurocheques waardoor mensen het overzicht over hun uitgaven kwijtraakte. Ze zagen het niet meer!

Een paar jaar later ging ik hypotheekadvies geven. Waar klanten toen echt blij mee waren? M’n kladjes waarop ik o.a. met pijltjes en cirkeltjes zichtbaar maakte wat een hypotheek voor hem of haar betekende. Het merendeel wilde m’n kladje meenemen ‘want dat begrijp ik’. De klant had me zien schrijven. Was er bij. Ook toen we inmiddels keurige computer uitdraaien maakten, wilde men ‘het kladje’.

Vaak had ik een nieuwe collega naast me zitten die het vak wilde leren. En wat wilde men leren? Nou, hoe je zo’n uitdraai maakte. Vervolgens vroeg ik de nieuwe collega of deze een idee had wat er op die uitdraai moest staan. Wat bijvoorbeeld de maandlasten ongeveer zou moeten zijn. Meestal werd ik dan beschimmeld aangekeken waarna ik als antwoord kreeg: ‘dat vertelt het systeem toch?’ . Ik: ‘Maar hoe weet je nou of de uitdraai juist is? Je kan bijvoorbeeld iets verkeerds ingevoerd hebben’. Waarna de beschimmelde blik veranderde in een blik vol onbegrip. Iets van ‘hoe kom je op het idee….’

Zou zo’n nieuwe collega een goede adviseur kunnen worden? Mwâh. In vele gevallen werd het iemand die met een mooi geprint schema aankwam. Iemand die later mooie Power points kon maken. Power points met op het laatste blad een harde uitkomst. Een uitkomst waar anderen weer iets mee konden want er stond tenslotte een concreet cijfer. Geen nuances maar een hard getal.

Inmiddels zijn we vele jaren verder. Hypotheekberekeningen en offertes zijn complete boekwerken geworden en zien er keurig uit. Het werkt nu zo dat ‘het systeem’ in een oogwenk kan besluiten of betreffende klant wel of niet een hypotheek kan krijgen (maar misschien wel: of de bank het risico voor de bank acceptabel vindt volgens becijferingen uit de database….). Verder praten met de adviseur lijkt dan vrij zinloos. Het systeem, de cijfers, de algoritmes en wat al niet meer hebben immers besloten. Maarre….. Wíe zitten daarachter? Zouden dat mensen (?) zijn die een idee hebben van de klant? De mens achter de klant? De reden waarom juist deze klant anders beoordeeld zou moeten worden?

Ik moest aan bovenstaande denken toen ik las over de afwegingen die de laatste jaren gemaakt zijn door de politiek. Of zijn het de ambtenaren? Het zal qua (macro) cijfers vast wel kloppen. Net zoals het juridisch wel zal kloppen. Maar zijn het wel de juíste cijfers die kloppen? Wie heeft daarnaar gekeken? En zijn het cijfers die de klant of de burger daadwerkelijk verder kunnen helpen of zijn het cijfers die passen bij de doelstellingen van bepaalde ministeries?

Kunnen wij mensen, in dienst van overheden, bedrijven, ziekenhuizen en wat al niet meer, nog wel goede afwegingen voor de individuele burger maken? Of kijken we alleen maar naar ‘uitkomsten in cijfers die ergens uit een database komen?’. Wat wegen we nog meer af? Waarschijnlijk wegen we af of het in het belang van de overheid of het bedrijf is. Of het juridisch klopt. Of het in de systemen past! Maar in het belang van de klant? Van een individueel mens?

Heb je onlangs toevallig iets gehoord of gelezen van de parlementaire commissie kinderopvangtoeslag? Zou er iemand van alle betrokkenen ooit zo’n gezin gezien hebben? Gesproken hebben? Zich afgevraagd hebben wat hun belang (!!) is?

Meer dan 40 jaar geleden leerde ik dat communicatie voor 85% bestond uit de signalen die mensen in elkaars aanwezigheid aan elkaar geven. Meer dan 20 jaar geleden leerde ik dat 95% van onze afwegingen (en besluiten) genomen wordt door ons ónbewustzijn. Dat brengt risico’s met zich mee. De signalen kunnen verkeerd geïnterpreteerd worden en het onbewustzijn kan teveel op het gevoel vertrouwen. Mooi dus dat er nu veel gebruik gemaakt wordt van ervaringscijfers. Náást de eigen afweging van een ontwikkeld (!!) brein. Of zijn die cijfers nu voor 100% beslissend en doet het brein daar verder niets mee?

Is dat brein wel voldoende ontwikkeld? En zo niet, is het dan niet erg makkelijk om te vertrouwen op die zakjapanner en diens opvolgers?

Daar staan we dan. We hebben heel veel informatie maar weten niet of het wel de juiste informatie is. We hebben een brein maar dat brein ontwikkelen we steeds minder (al eens gehoord over de gemiddelde leesvaardigheid? Laat staan de schrijfvaardigheid?).

Er worden afwegingen voor ons gemaakt en we maken afwegingen. Helaas kunnen we niet meer goed zien wat de effecten zijn. Zeker niet voor individuele personen. Voor klanten. Voor burgers.

In China is dat afwegingen maken binnenkort niet meer nodig. Daar gaat Big Brother alles afwegen. In de VS is goed afwegen ook niet meer belangrijk. Daar zitten de twee kampen in de loopgraven van het absolute gelijk. We zien het niet meer. Het is ontastbaar geworden.

Misschien dat daar de grote kans ligt voor Europa. Góede afwegingen maken. Ménsen centraal stellen. Ons brein meer en beter ontwikkelen zodat we iets kúnnen met de informatie(technologie) uit China en de VS. Zorgen dat we zien wat onze afwegingen op individueel niveau betekenen.


Leve het ontwikkelde brein! Ontwikkel het en gebruik het. Doe het niet andersom, want dan zou je zomaar alle cijfers kunnen geloven of juist helemaal geen enkel cijfer.

Rob Franse, 26 november 2020

Ontmoetingen. Steeds meer, vaak in de wijk en leuk!

We waren samen aan het snoeien op de oprit. Zowel de klimop als de daar doorheen groeiende klimrozen waren er hard aan toe. Niet alleen goed en nuttig maar ook oergezellig. De buurvrouw was de eerste die aan kwam lopen. Niet alleen om te helpen maar ook om even bij te praten. Daarna kwam de volgende buurvrouw langs, terug van een wandelingetje. Ze was zo goed mij de grote snoeischaar aan te geven (ik stond boven op de trap). Natuurlijk ook even bijpraten. Tevreden glimlachend kwam een echtpaar veertigers langs, arm in arm. Zij hadden de noodzakelijke beweging en buitenlucht nodig halverwege hun dag thuiswerken. Even een opmerking en een zwaai. De krantenman wilde wel een praatje houden. Normaal gesproken bezorgt hij in alle vroegte brood bij de horeca, maar ja, de restaurants zijn nu dicht. Gelukkig kan hij nog wel training geven aan een jong meisjes voetbalteam wat best hoog speelt. Dat trainen doen ze met mannen en vrouwen waaronder een moeder zodat er altijd controle is op juist gedrag. Ook daar moet je tegenwoordig gedegen rekening mee houden. O, en hij speelde vroeger in de jeugd van FC Utrecht. De vrouw met hond bleef even staan. Vrouw en hond waren niet alleen nieuwsgierig maar ook enthousiast. Na het helpen schudden van de witte zak met tuinafval om er meer in te krijgen besloot ze dat het nog beter zou helpen als ze er even bovenop zou springen. Dat deed ze eenmaal voorover en eenmaal achterover tot groot enthousiasme van eerder genoemde hond. En van mij trouwens. De wat oudere langslopende man knikte ons goedkeurend toe en zei dat we goed bezig waren. En o wonder, uiteindelijk waren zowel de klimop als de rozen naar behoren gesnoeid.

Vanmorgen kwam mijn echtgenote terug met twee mooie berkenstammetjes welke ze vond tussen het snoeiafval verderop. Niet alleen had ze aanspraak maar ze kreeg zelfs hulp. Een buurtbewoner begon verwoed te trekken aan een tak die volgens hem ook wel mooi was. Teruglopend met de takken werd haar al lachend door de volgende buurtbewoner gevraagd of dat de nieuwste nordic walking stokken waren. Tenslotte werd ze aangesproken door de complete groep boerderij dementen. Die hadden ook weer wat extra afleiding op deze frisse morgen. Voor de nieuwsgierigen: De takken worden gebruikt om de zelf gemaakte keramiekvogels op te plaatsen. Dat verkoopt nog leuk ook …..

Inmiddels heb ik al weer een paar keer teruggezwaaid naar langslopende buurtbewoners. Op de een of andere manier wordt er steeds vaker gegroet. Met een glimlach. We maken er wat van. Dat geldt trouwens ook voor de pakketbezorger. Hij reed de wijk in terwijl ik er met de auto uit wilde. Hij herkende me, draaide z’n raam open (en ik de mijne), pakte een pakketje van de stoel naast zich en stak deze door het raam. ‘Alstublieft’. ‘Dank u wel’. Volgens mij hebben we niet eens echt stil gestaan.

Begin dit jaar besloot ik dat ik meer ontmoetingen wilde en minder wilde gaan schrijven. Dat was nog voor corona. We hebben in de wijk bijvoorbeeld een fantastische wijnproeverij met maaltijd voor de bewoonster en haar vriendinnen georganiseerd. Daarna werd het stil…… Inmiddels merk ik dat velen van ons, bijna automatisch, nieuwe manieren vinden. Minder georganiseerd, meer spontaan, vaker bij toeval. We lijken er meer voor open te staan. Er meer oog voor te hebben.

Of het daarbij blijft? Bij die toevallige ontmoetingen? Welnee! Caroline heeft aanloop georganiseerd door zelfgemaakte keramiek (vooral vogels, katten en dergelijken) te verkopen. Eens per week kunnen er zelfgemaakte stoofpotten, curries etc. opgehaald worden door vrienden en kennissen. Tegen kostprijs. Corona proof. Niet meer dan één persoon tegelijk in de bijkeuken en op afspraak. Telkenmale natuurlijk met een praatje.

Ik heb m’n aanspraak door dagelijks tenminste één persoon te bellen met de vraag ‘hoe gaat ie nou?’ en de opmerking dat ik zelf ook behoefte heb aan een praatje. Daarnaast heb ik lekker veel contacten door m’n vrijwilligerswerk voor de Historische Kring. Hartstikke leuk met heel veel leuke mensen. Historie van onze omgeving onder de aandacht brengen. Met als klap op de vuurpijl het bedenken en organiseren van ons 50-jarig jubileum in 2022. Natuurlijk heel veel meer plannen dan handjes. Zo gaat dat met enthousiasme. Wie weet kan ik voor alle plannetjes wel wat dorpsgenoten strikken. Leuk een evenementje organiseren, een rondleiding geven, een verhaal vertellen of leuk beeldmateriaal delen op internet. Met name op dat laatste gebied is er nog zo veel leuks te doen!

Dit zo schrijvende ga je bijna denken dat we niet eens tijd hebben om met de complete familie kerst te vieren. Maar misschien geldt daar nog wel iets heel anders voor. Wanneer je steeds nieuwe dingen verzint en uitvoert, die wel mogen en kunnen, dan denk je wat minder aan al die zaken die je andere jaren altijd deed. Hoe was dat ook weer: It is no use crying over spilled milk? Maar ook: Rust leidt tot creatie en verveling tot ontmoetingen? Of deze: Een vogeltje wat altijd op z’n nest blijft zitten zal nooit met een wormpje of takje thuiskomen? Nog anders: Nieuwe werelden ontdek je niet door ver te reizen maar door nieuwe ogen aan te schaffen. Met als variant: Kerst wordt niet leuker door er met je oude bril naar te kijken.


Rob Franse, 20 november 2020