Is het wel de schuld van de manager?

En weer krijgen de managers de schuld. Nu in een artikel over burn-outs. “De” managers bestaan echter niet. Het zijn zeer verschillende mensen in nog verschillendere functies. Van moederlijke types tot snoeiharde bullebakken en van chefs tot grote bazen. Misschien zijn ze bovendien helemaal het probleem niet, als je dat al mag zeggen, maar veeleer symptomen van de rare manier van met elkaar omgaan.

Wanneer we naar 40 eeuwen menselijke ontwikkeling kijken dan kunnen we vaststellen dat we op technisch wetenschappelijk gebied onwaarschijnlijke vooruitgang geboekt hebben. Van auto’s en reizen naar de maan tot ICT en medische hoogstandjes. Het “normaal” met elkaar omgaan, het elkaar begrijpen, laat staan jezelf begrijpen, is in al die 40 eeuwen nog steeds diepdroevig. Het meest recente voorbeeld daarvan is wat mij betreft de verhouding tussen een zekere Noord Koreaan en een opmerkelijke Amerikaan. Maar ho! Wanneer je een beetje zelfkritiek hebt en je jezelf van buitenaf zou kunnen bekijken dan heb jij op dat gebied ook zo “je dingetjes”.

Dat gezegd hebbende ga ik terug naar de managers, waarbij ik de echte topmanagers even buiten beschouwing laat. Vaak zijn het prima mensen die tot manager benoemd worden. Ik kende er velen. Maar na een paar jaar is daar maar al te vaak heel weinig van over. Dat zou een paar dingen kunnen betekenen: In de complete wereld weten we steeds weer de verkeerde mensen te benoemen (wat misschien in tegenspraak kan zijn met wat ik zo juist schreef) óf de functie van manager doet mensen veranderen óf de omgeving van de manager doet dat óf de leiding van de manager is de schuldige.

Voordat ik daar op in ga: Hoe goed en makkelijk ben jij zelf te managen? Hoe eigenwijs ben jij? Hoe is het gesteld met jouw houding en jouw gedrag? Kan het zo zijn dat ook jij bent opgevoed en opgegroeid met het idee dat jij toch echt geweldig bent, zowel in je houding en je gedrag als wat betreft jouw kwaliteiten en ideeën? Wil jij eigenlijk wel gemanaged worden? Wil je niet liever gefaciliteerd worden? Is het niet zo dat velen van ons last hebben van een zeker narcisme? En dan dé hamvraag: In welke mate verschil jij in dat alles van de managers?

Toch denk ik dat heel veel managers wel degelijk schuld hebben. Niet alleen aan burn-outs van hun mensen maar aan nog veel meer ellende. De vraag is dan, na alles wat ik hiervoor gezegd heb, wát is er dan veranderd? Het antwoord is te vinden in de karakters en de kwaliteiten van diegenen die deze managers aanstellen, de eisen die vervolgens van bovenaf opgelegd worden aan deze managers en de simpele menselijke behoefte -en zwakte- van deze managers om er bij te horen, gewaardeerd te worden, extra geld te ontvangen en perspectief te zien om nog hogerop te komen. De hogere leiding maakt hier meer dan dankbaar gebruik van. Bijvoorbeeld door managementteams te maken; teams waarin managers bij elkaar bevestiging vinden; teams die de niet-managers uitsluiten! En wie is er – voor laten we zeggen het vijftigste levensjaar- in staat om aan dat alles weerstand te bieden? Precies, bijna niemand. Daarmee heb je dan tevens de verklaring waarom er zo veel (erg) jonge managers zijn met (erg) weinig oudere werknemers. De 2 belangrijkste drivers van mensen, angst en hebzucht, zijn voor je vijftigste nu eenmaal groter dan daarna en dat is nog logisch ook.

Terug naar mijn startvraag of het wel echt de schuld van de managers is. Wanneer je daar “ja” op zegt dan neem je hen dus hun menselijke zwaktes kwalijk. Wanneer je daar “nee” op zegt dan betekent het dat je begrip hebt voor hun menselijke zwaktes en kun je op zoek naar wie er dan wel schuldig is: De hoogste bazen met hun eisen? Het systeem waarin managers bevestiging zoeken in hun eigen managementteam? De eigenwijsheid, het gebrek aan aanpassingsvermogen en het narcisme van de werknemers?

Wanneer ik dit teruglees dan kom ik op vele conclusies waarvan er één bovenuit steekt: Wat moeten we blij zijn met góeie managers! Waarbij “goed” dan een oordeel (….) is van diens leidinggevende, collega managers, werknemers van deze leidinggevende en de klanten samen.

Succes!

Rob Franse, 26 september 2017

Waarom kan het bij vrijwilligerswerk wél?

Het antwoord is heel simpel: Omdat in vrijwilligerswerk geaccepteerd wordt dat niet iedereen even snel of even goed is. Punt. Daar kun je dus wel op jóuw manier bijdragen

Kan dat dan niet in betaald werk? Neen. Wanneer je betaald werk hebt dan worden er eisen gesteld. Eisen die de laatste decennia steeds zwaarder zijn geworden. Qua snelheid, qua produktie per minuut, qua kosten, qua “nu direct en op mijn manier”, ………

Logisch? Ja en nee. Ja, omdat ons hele economische model gebaseerd is op groei (met in extremo de kapitaalverstrekkers waaronder de aandelenbeurzen). Groei heeft ons -of is het een steeds kleiner deel van ons?- de welvaart gebracht waar we zo blij mee zijn. Toch? En Nee, omdat de welvaart (op macro niveau) steeds meer ons welzijn “bijt”.

Laat ik heel eerlijk zijn: Ik zou niet weten hoe we onze welvaart zelfs maar kunnen vásthouden zonder ons economische groeimodel. Dus richt ik me op welzijn en vrijwilligerswerk en laat de vraag over het groeimodel aan anderen. Welzijn is superbelangrijk. Niet alleen voor ons allen als “consument” van het welzijn, maar zeker ook voor al die mensen die het welzijn, waaronder vrijwilligerswerk, vorm geven.

Nou gebeurt er iets geks. En dat is al een aantal jaren aan de gang. Enerzijds blijken veel mensen niet “uitgenodigd” te worden om betaald werk te gaan doen (opleiding, gezondheid, leeftijd, etc.) en anderzijds hebben we inmiddels een participatiemaatschappij die niet anders kán functioneren dan op en met vrijwilligers. En dan wordt het nog gekker: Een werkende heeft nauwelijks de tijd en de mogelijkheden om vrijwilligerswerk te doen. En de vrijwilliger moet toch ergens van leven? Het lijkt dan logisch om niet-betaald-werkenden “in te zetten” voor het vrijwilligerswerk waar de participatiemaatschappij om vraagt en om die vrijwilliger een vergoeding te geven uit “algemene middelen”. Maar……. Is het dan nog wel een vrijwilliger? Of is het een participatieburger geworden? En is die participatieburger daarmee 2e rangs geworden? En, misschien nog wel erger, wordt er dan van die vrijwilliger of participatiemedewerker geaccepteerd dat hij of zij minder snel of minder goed is? Is daarmee het kringetje rond? Of gaan we dan een stap verder en gaan we naar meerdere soorten “vrijwilligers”?

Zoals altijd is de wereld, onze wereld, in wankel evenwicht. Dat geldt ook voor vrijwilligers en voor vrijwilligersorganisaties. Of niet? Wat ik heel zeker weet is dat er vele vrijwilligers zijn die, allen op hun eigen manier en naar eigen vermogen, deelnemen aan deze maatschappij. Zij zijn een onmisbaar bestanddeel in ons wankele evenwicht. Maar wat een mooi bestanddeel! Wat mooi dat vrijwilligers met hart en ziel, met verantwoordelijkheidsgevoel voor deze maatschappij en binnen de/hun mogelijkheden en waar mogelijk op hun (eigen) manier een fantastische bijdrage leveren. Aan de maatschappij en aan zichzelf.

Of ik voor eigen parochie preek? Nou en of! Ik ben een trotse vrijwilliger. En als bestuurder binnen het vrijwilligerswerk blijf ik me inspannen om ruimte te bieden voor iedereen! Opdat het blijft kúnnen. En iedereen betekent natuurlijk echt iedereen. Drukke en hardwerkenden mét een betaalde baan zijn natuurlijk ook welkom…..
Rob Franse, 22 september 2017