Moeilijk, te moeilijk en te complex!

Waar ik het over heb? Over de liberale democratie en over zelfredzaamheid.

Het zal hoe dan ook eenvoudiger moeten. Niet alleen voor iedereen die te jong, te oud of te ziek is. Niet alleen voor de 2,5 miljoen laaggeletterden. Niet alleen voor iedereen die te druk is. Niet alleen voor iedereen die geen geloof meer heeft in de overheid (kabinet, tweede kamer, eerste kamer, provincies, gemeentes). Niet alleen voor alle ambtenaren die er niet meer uitkomen. Niet alleen voor alle apothekers die geen medicijnen meer kunnen leveren. Niet alleen voor alle leerkrachten die nauwelijks meer aan goed lesgeven toekomen.

Maar ook voor mij!

De liberale democratie heeft het merendeel van ons heel veel gebracht maar kraakt nu in haar voegen. Velen merken bovendien niets meer van de voordelen. Een deel leeft zelfs in onvrede en angst. Kun je dan nog wel zelfredzaam zijn?

Hoe dit alles op te lossen?

Door de combinatie van enerzijds het vernieuwen en versterken van ons verdienmodel en anderzijds het wegnemen van onvrede en angst door mensen te laten ervaren dat ze een rechtvaardig en redelijk comfortabel leven kunnen leiden zonder al die moeilijke complexiteit.

De praktische optimisten zijn dus aan zet!

Laat hen plaats nemen in een tweede kamer. En in een kabinet. Beginnend bij de overheid dus. Het zal vast wel betekenen dat er minder ‘maatwerk’ komt. Dat er minder keus komt. Dat sommigen er op achteruit gaan. Anderzijds zullen welzijn en welvaart er voor velen enorm op vooruit gaan. Veel minder ergernis. Veel meer duidelijkheid. Veel makkelijker er bij kunnen horen c.q. mee durven doen. Heerlijk!

KIS heet dat, wat staat voor Keep It Simple. Wie weet worden velen van ons daardoor plotseling wél zelfredzaam. Doordat je niet meer hoeft te kiezen tussen ziektekostenverzekeraars, doordat ontbijt en lunch op school verzorgd worden, doordat niet meer alles om de haverklap verandert. De meeste mensen kunnen immers prima iets aanleren maar nauwelijks iets afleren, laat staan ‘een beetje veranderen’. Maar ook door de mogelijkheden in te perken om alles altijd maar weer ter discussie te stellen c.q. bezwaar te maken.

KIS dus. En waar KIS niet kan of niet lukt, iemand die zegt ‘dat regel ik voor u’ in plaats van ‘ik zal u uitleggen hoe u dat zelf moet doen’. Die ‘iemanden’ haal je uit de grote groep mensen die bij KIS en ‘regel ik voor u’ overblijven doordat er veel minder fouten hersteld hoeven te worden, veel minder ‘geïnstrueerd’ hoeft te worden, veel minder klachten afgehandeld hoeven te worden etc. etc.

KIS en ‘Regel ik voor u’.

‘Zorgen voor’ in plaats van ‘controleren op’. Wat zou dat een rust en tevredenheid opleveren. En wat zou je dan ongelooflijk veel controleurs en managers overhouden. Allemaal mensen die hun tijd veel nuttiger kunnen besteden.

Rob Franse, 13 september 2024

Goede gesprekken gehad dankzij …..

Dat vroeg ik me af nadat we in vijf dagen 6 goede en soms zelfs heel bijzondere gesprekken hadden. Ik voelde me uiterst tevreden en bevoorrecht en vroeg me af of er een zekere overeenkomst was tussen die gesprekken.

Welnu, het eerste wat opviel was dat er in géén van die gesprekken ook maar een telefoon te zien of te horen was. Zelf had ik in meerdere situaties niet eens een telefoon bij me. Vooral daardoor was er geen sprake van stoorzenders op de meest ongelukkige momenten.

Misschien wel doordat de gesprekspartners hieraan kennelijk gewend waren was een ieder in staat volle aandacht te besteden aan het gesprek en aan de deelnemers. Zo was er geen moment dat iemand afgeleid werd door de omgeving of door eigen andere gedachtegangen. Mochten die er al geweest zijn dan werden ze in ieder geval niet geuit.

Soms nam er iemand aan een gedeelte van het gesprek geen deel anders dan geïnteresseerd te luisteren. Om naderhand te zeggen ‘dat vond ik interessant om te horen’. Zo knap.

Nog een opvallende: Er werd meer gevraagd dan verteld waarbij antwoorden op vragen vaak vergezeld gingen met reflectie, rekenschap en zelfspot. Opmerkingen als ‘of ik dat nou wel goed gedaan heb weet ik niet zo zeker’ en ‘wat vind jij daar eigenlijk van’.

Ook heel mooi: ‘Even geleden vertelde jij dat ……….; daar wou ik graag even op terugkomen’.

Sommige gesprekken duurden een kwartier en anderen wel 2 uur. Iedere keer was er een volstrekt logisch einde waarna het gesprek ook klaar was. Niets in de sfeer als ‘o, wat ik nog wilde zeggen ….’. Gewoon klaar en met die vanzelfsprekende en mooie afsluiting allen tevreden weer op weg. Namijmerend. Allen met het gevoel gehoord en geaccepteerd te zijn. Meestal wijzer geworden.


Er zouden nog een paar gesprekken volgen. Alle op dezelfde manier. Ook met tot dan toe onbekenden. Toch blijf ik met de vraag zitten waarom we bereid waren naar elkaar te luisteren. Elkaar te accepteren. Het gesprek überhaupt aan te gaan. Door te vragen. Dat heb ik lang niet altijd en zeker niet ten opzichte van iedereen…………


Rob Franse, 30 augustus 2024