Mijn voorbereiding op de verkiezingen van 18 maart

Nooit eerder heb ik overwogen om “deze keer maar niet te gaan stemmen”. Toch is het bijna zo ver. Ik weet het niet meer. Ik hecht nauwelijks geloof aan oneliners en debatten die gevoerd worden door pedante, ruziënde, ongeloofwaardige, trucjes uithalende, droeftoeterachtige, op het zicht meer dan met zich zelf tevreden, mannen in grijze pakken.

Omdat ik me daar ook niet zomaar bij neerleg heb ik zowel kieswijzer als kieskompas ingevuld. Je bereidt je immers maximaal voor. Helaas: het resultaat was nog bedroevender dan het niveau van de gestelde vragen. De voor mij meest geschikte partij kwam met ca. 60% nauwelijks beter uit de verf dan de slechtste en 15e partij met ca. 40%. Wie er bij mij op 1. stond? Een partij met de naam “Jezus leeft”. Afgezien van het feit dat ik dit een rare naam vind voor een politieke partij helpt het me ook niet verder.

Ten einde raad heb ik me gestort op m’n eigen bibliotheek en op het onvolprezen internet. Tot driemaal toe vond ik daar iets wat in de buurt kwam van wat ik zocht. Ten eerste een band met verzameld werk van Guust Flater, ten tweede een perfect optreden van de heren Jakobse en van Es met hun tegenpartij uit 1981 en ten derde de heren Jeltsin en Clinton, waarbij Clinton zich een beroerte lacht omdat Jeltsin de verzamelde pers uitmaakt voor “een ramp”.

Of ik daar het antwoord heb gevonden? Ja! In alle 3 de situaties wordt persiflage gekoppeld aan eerlijke recht door zee opmerkingen inclusief humor.

Gewapend met deze kennis ga ik terug naar de lijsten en programma’s van deze 15 partijen. Op zoek naar een partij die zichzelf kan uitlachen. Een partij die zich bewust is van haar eigen absurditeit…………

Maar helaas! Ze vinden zichzelf allemaal zeeeer bekwaam en verstandig. Ze zijn allemaal zeer goed uitgerust voor waterschappen, provincies en 1e kamer beleid. Kijk, en dan geloof ik ze niet meer. Diep in gedachten bestudeer ik de laatste druppel Armagnac in het inmiddels bijna lege glas. Zelfs die laatste druppel helpt niet om tot een besluit te komen. Alle partijen staan zo ver weg van “met een frisse blik, humor en zich bewust zijnde van hun eigen beperkingen” nuchtere kijk op hun taken dat ze het niet winnen van mijn inmiddels lege glas.

En in een leeg glas heeft nog nooit een antwoord gezeten.

Op naar een nieuwe partij die nuchter (….), met humor en met voldoende bewustzijn van eigen beperkingen de strijd aangaat met een volstrekt overgereguleerd bestuurlijk Nederland.

Proost!

Rob Franse, 16 maart 2015

Volslagen idioot: Krankzinnig drukke dertigers versus uitgerangeerde vijftigers

Het voordeel van een koude zaterdag is voor mij te vinden in het me terugtrekken in de serre met een heel pak kranten en bladen. Ze sloten deze keer aardig aan op mijn ervaringen van afgelopen week.

Die ervaringen en de gelezen artikelen gaan voor een groot deel over vijftigplussers die “wel klaar zijn met de cultuur op het werk”.  En dan gaat het niet zo zeer om de werkdruk of het werktempo, maar veel meer over het gebrek aan interesse in vakmanschap. Leveren, op tempo, gaat voor nadenken en inhoud. Inmiddels hoor ik een flink deel van de nog werkende vijftigplussers verzuchten jegens de werkloze vijftigplussers dat zij wellicht veel beter af zijn. Dan maar minder geld omhanden, maar de manier waarop werkgevers met je menen om te moeten gaan is in veel gevallen vergelijkbaar met regelrechte prostitutie. Geen enkele interesse meer in de mens en zijn ervaring, maar slechts de opdracht om binnen de regels in razend tempo te leveren.

De vijftigplusser zonder werk weet zich “gesteund” door UWV cijfers die zeggen dat vijfenveertig(!)plussers slechts 2% kans op een loondienst baan hebben. Vele vijftigplussers  zouden graag aan het werk willen. Ook wel tegen een lager inkomen. Maar helaas.

In de leeftijdsgroep 25-40 zie je momenteel iets heel anders gebeuren. Niks niet rustig beginnen in je werk, maar van meet af aan knallen; verwachtingen waarmaken. Bij voorkeur 6 ballen tegelijk in de lucht houden. Zowel zakelijk als privé. En met regelmaat zie je dan ook, vooral jonge ambitieuze vrouwen, in een burn-out belanden. Of erger.

Voor me zie ik plotseling 2 families uitgeput aan het avondmaal. Iedereen moe. De ene van veel te veel ballen in de lucht moeten houden, de ander van het niet aan de slag komen. 2 vaders en 2 moeders van rond de 30 met gillende kinderen die ook tijdens het maal nog steeds gestoord worden door hun mobiele apparaten, een echtpaar van tegen de 60 met alle frustraties over hun huidige werk, de uitputting nabij en een ander even oud echtpaar met een teveel aan tijd, frustraties van niet aan de bak komen en een gebrek aan inkomen. Niemand aan tafel die tevreden is over de kwaliteit van het werk of de kwaliteit van het privéleven.

Stel nu eens dat deze families heeeel verstandig zijn. Dan zouden ze tot een gezamenlijke herverdeling van taken kunnen komen. Meer kwaliteit in het werk, meer kwaliteit in privé, minder moe, betere verdeling van geld……  Maar dan moet er wel eerst overeenstemming komen met werkgevers, de regels van de werkgevers, het UWV, wellicht PGB’s, fiscale regelgeving, eventueel met pensioenfondsen, etc………En iedereen is al zo moe.

Maar toch. Het zou zo logisch en zo goed zijn om tot een herverdeling te komen. Wat zou er gebeuren zonder al die regels die ons meer en meer gevangen houden? Een bijna 60 jarige vader die zijn 30 jarige dochter voor een aantal uren op kantoor komt ondersteunen of vervangen? Standaard allemaal eten van of bij het echtpaar zonder werk? Of nog een stap verder: De werkloze 60 jarige komt een aantal uren per dag de werkende 60 jarige helpen?

Ach, een mens blijft hopen en dromen. Wie weet wat daar ooit uitkomt.

 

Rob Franse, 14 maart 2015