….Maar wat als je de vrijheid hebt? ‘Het bezit van de zaak is het eind van het vermaak’?
Ik volg al een paar maanden het nieuws van 75 jaar geleden. Precies, de hongerwinter en het laatste oorlogsjaar. Wát een gevecht voor onze vrijheid. Wat was er veel reden voor. Wat moeten we er blij mee zijn. Wat is het duur bevochten.
In de jaren daarop zou de strijd voor vrijheid door gaan maar op een heel andere manier. Het was een strijd om onder het juk van de kerk, de partij, burgerlijke regels en wat al niet meer uit te komen. Een strijd die in 1968 culmineerde. Ik was 12 jaar oud en kwam precies toen terecht in een ‘onverdeelde’ brugklas in het 2e jaar van de mammoet wet. Binnen 2 jaar mocht zo’n beetje alles. Sommige scholen waren ware bolwerken van PSP en PPR, hasj rook(te) je bijna overal en sommige keurige heeren ruilden het overhemd met das in voor een coltrui. Mini rokjes, vrije seks, spijkerkleding the Beatles en the Stones alsmede leraren die Jan of Piet waren in plaats van meneer.
Ja, we en ik zeker, ontwikkelden een grote bek en diegenen die dat niet uit zichzelf konden gingen naar een cursus om voor jezelf op te leren komen.
Wat we compleet vergeten zijn is dat die vrijheid zich ontwikkelde in een maatschappij waarin iedereen nog ‘geborgen’ was. Alles was nog steeds vertrouwd. Nagenoeg iedereen was opgevoed en had wel degelijk waarden en normen geleerd. Kerken hadden nog een voorname rol.
De meesten die ná die tijd opgegroeid zijn deden dat in vrijheid maar zónder die geborgen maatschappij met haar als vanzelfsprekende normen. Plotseling was er geen ‘vertrouwd’ meer. We anonimiseerden onder andere doordat we ‘rechten’ kregen via de overheid. Ondersteuning in welke vorm dan ook (!) kwam niet meer van onze medemens maar van een instituut. Ten opzichte van dat instituut voelde je vervolgens noch dankbaarheid noch een verplichting. Anderzijds voelde niemand zich meer verplicht om anderen te ondersteunen, wederom in welke vorm dan ook!
Die vrijheid, die er vervolgens voor iedereen als vanzelfsprekend was en is, is níet bevochten. Het is een staat van zijn waar niemand geboren vanaf ongeveer 1960 geleerd heeft om mee om te gaan. Niemand is onderwezen in de verlichting of met de grondwet. We doen wat ons goeddunkt, wat leidt/lijdt tot de meest verschrikkelijke verwensingen via social media, vuurwerkexcessen tijdens afgelopen jaarwisseling en wat al niet meer.
Volgens mij betekent zoiets ongelooflijk waardevols als vrijheid vooral een verplichting. Een verplichting in m’n gedrag, m’n denken en m’n uitingen. Ben ik daarmee een unicum? Soms voelt het helaas zo. Een gevoel wat erger wordt omdat ik om me heen steeds meer mensen zie die denken ‘laat maar, dan doe ik voortaan ook alleen datgene wat mij goed dunkt’.
Ergens in de afgelopen decennia is het zomaar ontstaan. Bij velen is het denken, doen en gedragen zoals het jezelf goeddunkt een gewoonte geworden. Een routine.
Het ellendige van gewoontes en routines is dat ze bijna niet meer af te leren zijn!!! En nu?
Ik denk wel eens dat we moeten gaan leven, wonen en werken in kleine kernen die gebouwd zijn rond een plein met een gemeenschapshuis wat een gecombineerde functie heeft van kinderopvang/ouderenopvang/pakjesafleveradres/kerk/moskee/synagoge/filosofisch tehuis/eetgelegenheid/reparatieplek en wat al niet meer. Dat gemeenschapshuis wordt bestuurd en geleid volgens de Gulden Regel en is vooral een vertrouwde plek waar generaties niet alleen van elkaar leren maar vooral een vertrouwde plek vinden. Een plek waar je geborgenheid en bevestiging vindt en waar je een gevoel van eigenwaarde opbouwt.
Hebben we zoiets niet al eens geprobeerd? Enne…. waar ging het fout? Zijn we toch te veel gericht op onszelf? Mogelijk gemaakt door een (te) grote welvaart? Gek gemaakt door commercie via reclame en social media?
Kunnen we vrijheid koppelen aan waarden en normen zonder regels van bovenaf? En wat is ‘van bovenaf’? Een democratische overheid? Een hogere macht? Een ‘sterke man’?
Tot we dat weten gaan we waarschijnlijk verder middels onze gewoontes en routines. Omdat we stomweg niet anders kunnen.
De grote vraag is dan: Hoe komen wij aan de juiste gewoontes en routines? Zodanig dat we echt in vrijheid kunnen leven?
Rob Franse, 8 januari 2020