‘Als je maar gelukkig wordt!’?

Erger kun je een kind niet belasten. Ik realiseerde me dat nooit zo. Toch las ik het onlangs als klein stukje in een veel groter artikel. ‘Natuurlijk’, dacht ik, wanneer je dat op de verkeerde manier en op het verkeerde moment tegen je kind zegt dan belast je dat kind veel te zwaar. Een grotere belasting is bijna niet denkbaar!

Kinderen willen later van alles worden. Ze willen een bepaald vak leren, een bepaalde studie doen, sporten, muziek maken, misschien wel trouwen en kinderen krijgen. Ze willen vrienden, vakanties en misschien wel ergens bij horen of uitblinken in wat dan ook. Daar kunnen ze best wat steun bij gebruiken want het gaat meestal niet vanzelf. De laatste 10 jaar is het misschien wel moeilijker dan ooit doordat we in een nieuwe ratrace beland zijn en omdat we, vooral via social media, gebombardeerd worden met voorbeelden van succes. Soms lijkt het er op dat bijna iedereen succes heeft.

Jij ziet hoe moeilijk het is voor een kind en zegt, met de beste bedoelingen, ‘als je maar gelukkig wordt’. ‘Jaha’ denkt dat kind ‘maar ik word pas gelukkig als ik ……’ En dan volgt er een hele serie zaken die allemaal belangrijk en lastig haalbaar lijken. Daar kun je vervolgens mee aan de slag gaan. ‘Gewoon’ doen. En maar zien hoe ver je komt. Je ergens in verdiepen en/of iets bouwen kan veel voldoening geven, ook wanneer je er niet de beste in wordt. Ieder op zijn of haar eigen niveau. Sommigen zullen het samen willen doen en anderen liever alleen. Máár gaat me dat ook gelukkig maken? Want dat moet. Dat moet van m’n ouders, van school, van de media …. Van wie eigenlijk niet? Dat zal ik je vertellen: Van je trainer of coach hoef je níet gelukkig te worden. Die wil alleen maar dat je beter wordt (om welke reden dan ook). Ongemerkt is deze figuur daarmee een van de weinigen die jou niet belast met gelukkiger moeten worden. Heel goed.

Weet je waar ik ooit gelukkig van werd? Van m’n eerste spijkerbroek. Die kreeg ik pas in de 2e klas van de middelbare school na veel pesterij en veel strijd. Een Levi’s. Wat was ik gelukkig. En dat zonder dat iemand mij vertelde ‘als je maar gelukkig wordt’. Nog sterker, het was veel meer een ‘vooruit maar’ en ‘naar opa en oma doe je een andere broek aan’. Dat was in 1969. Een tijd waarin de meeste ouders absoluut niet konden volgen welke kant hun kinderen opgingen (Beatles, Stones, lang haar, spijkerbroeken, vrijheid!,……).

Misschien lijkt de huidige tijd wat dat betreft, en voor het eerst in bijna 50 jaar, wel op de tijd van de jaren ’60 en ’70. Ouders konden het niet meer volgen. Net als nu. Ouders worstelen vaak zelf extreem met de behoefte om gelukkig te worden (ergens in een krant las ik zelfs ‘wanhopig’). Ze hebben zelf geen idee hoe om te gaan met de mogelijkheden van on-line zijn. Laat staan dat ze weten wat goed is voor hun kinderen.

Of het met mij en mijn generatie goed is afgelopen? (Voordat het echt afgelopen is trouwens). Ik denk met de meesten wel. Maar ja, wij hoefden ook niet verplicht gelukkig te worden….

Rob Franse, 17 januari 2018

In het algemeen belang?

Bestaat dat? Onze maatschappij is er op gebouwd. Toch is het voor velen, ook voor mij, een bijna leeg begrip (geworden). Kort na de oorlog was er een duidelijk algemeen belang: De wederopbouw van het land. Ook toen ik nog een klein jongetje was waren er duidelijke algemene belangen zoals onze bescherming tegen alles wat er zich achter het ijzeren gordijn bevond. De verheffing van het volk was er ook zo één (denk aan de mammoet wet); gelijke kansen voor iedereen. Later, toen ik tiener was, ging het over individuele vrijheid. Tot m’n veertigste ging het over allemaal beter worden van alle verworvenheden van onze liberale democratie. In ieder geval voor mij…

Een spreekwoord zegt ‘Het bezit van de zaak is het eind van het vermaak’. Helaas blijkt het meer te zijn dan dat. Wanneer je ‘het bezit’ vertaalt naar al onze verworvenheden, waar na de val van de muur –nu bijna 30 jaar geleden- absoluut sprake van was, dan begon ongeveer daar het einde van het vermaak. Natuurlijk niet voor iedereen en vaak duurde het nog vele jaren, maar toch……. Ongemerkt was het ‘ieder voor zich’ geworden. En dat algemeen belang? We hadden elkaar in het vrije Westen niet meer nodig ter bescherming tegen het communisme. Regeringen buitelden over elkaar heen om iedereen niet alleen vrijheid te geven maar vooral iedereen z’n eigen verantwoordelijkheid. Welvaart lag voor iedereen voor het grijpen. (Maar welzijn??).

Het heeft geleid tot individualisme, nihilisme en hedonisme. Tot een tijd van ‘je houd je eigen broek maar op en zoekt het zelf maar uit’. Heel ongemerkt voor de meesten van ons ontstond er een ontevreden onderkant van de maatschappij (afschuwelijk woord trouwens). Een perfecte voedingsbodem voor wat momenteel (en ten onrechte) populisme heet. Natuurlijk gaat een flink deel van de niet gehoorden (die zich steeds ongelukkiger beginnen te voelen) achter díe leider aan die in iedere geval naar hen luistert! Die hen ogenschijnlijk begrijpt. Ook als diens ‘oplossingen’ nauwelijks die naam mogen hebben.

En toch, wij (ik als schrijver en jullie als lezer) hebben het laten gebeuren. Wij hebben ons gewenteld in onze welvaart en vaak ook in onze welstand. Dat hebben we zo lang laten voortgaan, zonder noemenswaardig tegengeluid, dat er inmiddels sprake is van onbehagen bij velen. Een onbehagen wat een extra kille wind heeft gekregen via Brexit en de verkiezing van Trump. Polarisatie alom…….

Hoe ga je die, voor iedereen uiteindelijk slechte, polarisatie tegen? Door te zoeken naar algemeen belang. Iets wat heel moeilijk is in een democratie omdat politieke leiders zich juist graag willen ‘laten zien’. Dat ‘laten zien’ lukt vooral door verder te polariseren, want dat wordt maar al te graag opgepakt door nagenoeg alle media.

Moeilijk of niet, we zullen toch echt op zoek moeten naar dat wat ons bíndt. Daarvoor hoeven we geen vriendjes te worden, maar we moeten wel ‘iets’ hebben waar we samen in geloven en allemaal voor willen gaan. Zo ‘iets’ zou de verduurzaming van onze economie kunnen zijn (met als gereedschap een fiscaal systeem gebaseerd op de vervuiler betaalt). Het zou ook ‘iets’ kunnen zijn als eerlijkere kansenverdeling. Ook dat is simpel te realiseren met een slim fiscaal systeem (bijvoorbeeld winsten belasten waar ze gemaakt worden en de opbrengsten ook aldaar laten vallen).

Het zijn 2 heel belangrijke pijlers: Duurzaamheid en eerlijke (kansen) verdeling. En let op: Dat is dus niet hetzelfde als alleen maar CO2 of fijnstof terugdringen. Het betekent ook zeker niet dat er geen (inkomens)verschillen meer mogen zijn. Zolang de verschillen maar niet al te groot zijn (een kudde heeft geen belang bij al te grote verschillen).

Daarnaast (!) zouden we per direct moeten ophouden met onze zoektocht naar geluk. De filosoof Schopenhauer had het al over de draad tussen pijn en verveling. Je denkt soms bijna dat het woord shoppen (het doet pijn omdat het geld kost en het verdrijft de verveling slechts zeer kortstondig) van zijn naam afgeleid is. Slechts verwondering met daaropvolgend verdieping en/of iets maken, bij voorkeur samen, leidt tot voldoening. Voldoening is iets wat je kunt zoeken en nastreven. Geluk niet. Dat kun je slechts ‘vinden’. En die voldoening is iets wat voor iedereen haalbaar is (denk daar maar eens over na). Wanneer iedereen voldoening kan vinden -en dat kan- en je dat als individuele basis gebruikt voor een door de meesten van ons acceptabel (fiscaal) systeem van ‘de vervuiler betaald ten behoeve van duurzaamheid’ en ‘lasten worden daar geheven waar ook de opbrengsten vallen’ dan zou je zomaar richting een algemeen belang kunnen komen. En vanaf daar verder!

Dus: Starten met 3 dingen om weer ‘een algemeen belang’ te krijgen:
1. Voldoening vinden door je te verdiepen en/of iets te maken. Bij voorkeur samen. Dat is iets heel anders dan meedoen aan de ratrace (ouders, je kinderen zijn geen ratten; voedt ze dan ook niet zo op)
2. Een fiscaal systeem gebaseerd op duurzaamheid (de vervuiler betaalt) en op eerlijke (kansen) verdeling (belasten waar je de winst maakt)
3. Media die politici en bestuurders geen aandacht geven voor hun polarisering maar voor hun ‘herder schap’; het bij elkaar houden van de kudde.

Ten slotte: Heimwee naar een geweldig ‘gisteren’ is een zinsbegoocheling. Ga liever voor een geweldig vandaag en morgen via voldoening. Wie weet vindt je dan ook geluk!

Rob Franse, 11 januari 2017