Grip op je leven?

Heb jij grip op je leven? Die kans is best groot. Alleen al het feit dat je dit leest betekent dat je werkend internet hebt, de Nederlandse taal machtig bent, interesse hebt, begrijpend kunt lezen (hoop ik) en je gedurende een paar minuten kunt concentreren. Het is een felicitatie waard. Je hoort nog net niet tot een minderheid, binnen Nederland dan, maar toch.

Ik las laatst dat ‘grip op je leven’ tot 7 maal belangrijker is dan inkomen. Laat dit nou eens niet helemaal waar zijn, dan nog. Ook las ik dat, in ieder geval voor 67-plussers, autonomie en ‘het er toe doen’ in de top 3 van belangrijkste zaken staan.

Misschien dat deze 2e fase coronamaatregelentijd daarom wel zo lastig is. Hoeveel grip op je leven heb je wanneer je gebruik maakt van de mogelijkheid om ‘er weer uit te gaan’? Hoe zeker weet je dat mensen op 1,5 meter afstand van je blijven? Kun je er wat aan doen als ze dichterbij komen?

Wees eerlijk: We zijn de grip op ons eigen leven in de laatste paar maanden toch een beetje kwijtgeraakt. De een wat meer dan de ander. Niemand die dat prettig vindt. Anderzijds wel een mooie oefening in het je verplaatsen in anderen en dan in het bijzonder in die mensen die nauwelijks grip op hun leven hebben. Deels door eigen schuld maar al te vaak een kwestie van domme pech: Op de verkeerde plek geboren met de verkeerde gezondheid in verkeerde omstandigheden.

Probeer het je even voor te stellen: Je wilt grip op je leven maar het lukt je niet. In het slechtste geval kom je iemand zoals ik tegen, blakend van zelfvertrouwen en badend in luxe, die op z’n minst uitstraalt dat je niet zo moet janken maar ‘eindelijk eens flink moet worden’.

Het riep bij mij afgelopen week de vraag op of ik, zelfs als ik dat zou willen en fysiek zou kunnen, überhaupt geschikt zou kunnen zijn om anderen te vertellen hoe ze grip op het leven moeten krijgen. Waarschijnlijk krijg ik een reactie als ‘dankjewel belerende betweter; jij hebt makkelijk praten’.

Daar sta je dan met je goede bedoelingen: Wel grip op je eigen leven maar niet in staat om dat over te dragen op diegenen die dat niet hebben. Geen grip dus op een groot deel van de maatschappij. Het doet me een beetje anders tegen de maatschappij aankijken dan voorheen. Of ik daar blij van word? Neen. Wel begripvoller. Misschien wordt dat wel bedoeld met oudere mannen die wat meer compassie krijgen. Heeft de corona crisis me toch iets geleerd.

Rob Franse, 14 mei 2020

Leeftijdsdiscriminatie of levensritme? Ook anderen iets gunnen?

Het woord ‘leeftijdsdiscriminatie hoor ik momenteel veel te veel. Zoals ik het woord discriminatie überhaupt al jaren veel te veel hoor. Het wordt te pas en te onpas gebruikt door alles en iedereen die zich bedreigt voelt. Vaak in de vorm ‘janken voordat je geslagen wordt’.

Een woord wat ik daarentegen zelden hoor is levensritme. Dat terwijl het leven van iedereen een bepaald ritme heeft. Een ritme wat met de leeftijd meebeweegt. Natuurlijk bij iedereen net wat anders, maar toch.

Al te vaak lijkt het er op dat we zo’n beetje vanaf het moment dat we een paar woordjes kennen tot het moment dat we nog maar een paar woordjes spreken allemaal voor 100% aan alles mee moeten doen. Niet omdat we het willen maar omdat we er recht op hebben! Omdat we bang zijn ergens in dat leven tekort te komen. Niet ten opzichte van onze wensen maar ten opzichte van onze rechten én ten opzichte van anderen.

Dat ‘met alles mee moeten kunnen doen’ gaat zelfs zo ver dat we onze leeftijd wél misbruiken om een zekere voorrang te krijgen. Zo willen we op zekere leeftijd wel met pensioen, korting, zitplaatsen (die jongeren kunnen wel staan), elektrische fietsen die net zo hard kunnen als brommers, aangepaste medische zorg zoals bevolkingsonderzoeken en vaccinaties, regelmatig bezoek van anderen en wat al niet meer.

Nog een stap verder: Tot op (te) hoge leeftijd willen we ons nog steeds bewijzen. We willen verre avontuurlijke reizen, we willen een even zware stem cq net zo gehoord worden als iemand in de kracht van zijn of haar leven, we kleden ons alsof we nog 25 zijn (wat vaak echt sneu is) en we gooien er nog een schepje bovenop: We houden steeds minder rekening met anderen en dringen ongegeneerd voor.

Dát je dat allemaal doet is tot daar aan toe. Mijn vraag is: Waaróm doe je dat? Waarom wil je nog steeds blijven doen en meemaken wat je je hele leven al gedaan hebt? Waarom ontneem je jezelf de kans om die volgende stap te zetten?

Vergelijk het met de natuur. Of met je tuin. In de herfst geniet je niet van de zomer maar van de herfst. Mocht je in de herfst willen genieten van de zomer dan zal dat een teleurstelling zijn. Net zo’n teleurstelling als het proberen je voor eeuwig als 40 te gedragen. Nog sterker: Je ontneemt jezelf de kans om de herfst te leren kennen! En als je het niet kent dan kun je er ook niet van genieten. Je vergeet je aan te passen. In een zomerjurkje is de herfst niet leuk maar in een dikke trui wel. Helaas, velen zullen dat nooit ervaren.

Het is mijn ervaring dat het heerlijk was om me vol energie in het opvoeden van kinderen en het uitvoeren van m’n werk te storten. Ik heb me bewezen en dat hoeft niet nog een keer. Nog sterker: Een 2e keer is meestal een slap en teleurstellend aftreksel van de eerste keer. Ik doe daarom nieuwe dingen. Dingen die me in dit levensstadium veel beter passen. Hoe mooi kun je het krijgen: Nieuw, passend en verrassend in plaats van uitgelachen worden voor je treurige pogingen om nog altijd ……

Een ritme is een mooi ding. Dansen op het ritme is geweldig. Dansen in een ander ritme is treurig. Doe het niet. Al heb je er recht op, doe het niet. Wees waardig, gepast en gewaardeerd. Niet in de laatste plaats voor jezelf en jouw naasten.

In die waardigheid denk ik terug aan mijn eigen voorjaar en mijn eigen zomer. Iets waar ik met ontzettend veel genoegen op terugkijk en wat ik iedere jongere, dus niet alleen mijn eigen kinderen, gun. Mocht het zo zijn dat ik op mijn leeftijd kan helpen middels een stapje terug om deze jongeren dezelfde lente en zomer te geven als welke ik heb gehad dan zal ik dat, niet met plezier maar wel met overtuiging, doen. In de gedachte dat iedereen net zo’n toekomst verdient als ik destijds had.

En denk dan nog eens na over rechten en leeftijdsdiscriminatie. Doe dat in alle rust. Ik doe dat met een voortreffelijke en vooral gerijpte wijn. Wellicht met een glas te veel. Dát past inmiddels in mijn ritme.

Rob Franse, 8 mei 2020